De liefde voor hun huisdier is bij veel mensen onvoorwaardelijk. Maar wat als het baasje eerder komt te overlijden? Wie bekommert zich dan over Bobbie, Simba of Vlekje? TestamentHulp legt uit.
De meeste mensen denken vandaag de dag wel na over hun nalatenschap. Vaak staan ze er echter niet bij stil wat er na hun dood met het verweesde huisdier moet gebeuren. Als er niets is geregeld, is de kans groot dat het voorheen zo geliefde dier in het asiel belandt. ‘En dat is helemaal niet nodig’, stelt Alex van IJsseldijk, estate planner bij TestamentHulp. ‘Net als de verdeling van bezittingen kun je ook de zorg voor een huisdier vastleggen in een testament.’
Huisdier als erfgenaam?
Volgens Van IJsseldijk is het in Nederland niet mogelijk een huisdier als erfgenaam te benoemen. ‘Huisdieren kunnen niet erven, wel kunnen ze geërfd worden. Dieren worden namelijk tot de bezittingen gerekend. Het toekomstige baasje en de verzorging van het huisdier kunnen worden vastgelegd in een testament. Een testament opstellen kun je zelf doen, maar om het rechtsgeldig te maken moet je het door een notaris laten bekrachtigen en registreren. In het testament leg je vast wie het huisdier erft en wat je van hem of haar verwacht. Daarbij kun je ook een geldbedrag voor de verzorging nalaten. Met dat geld kan de nieuwe eigenaar bijvoorbeeld voer kopen of bezoekjes aan de dierenarts betalen.’
Onafhankelijk en eerlijk
Om ervoor te zorgen dat je wensen worden nageleefd en het geld juist wordt besteed, kun je een executeur of toezichthouder benoemen in het testament. Dat kan een notaris zijn, maar ook een familielid, buurman of goede vriend die bereid is die rol op zich te nemen. Van IJsseldijk: ‘Hij of zij kan toezien of het nieuwe baasje zich aan de vooraf opgestelde spelregels houdt. Verder is het van belang dat er een toezichthouder wordt benoemd die onafhankelijk en eerlijk is. Hij of zij kan de nieuwe eigenaar van je huisdier erop aanspreken als die de verplichtingen niet nakomt.’
Geen begrip
Net als over alle andere bezittingen, moet er ook over (de verzorging van) een huisdier erfbelasting worden betaald. Van IJsseldijk: ‘Stel dat je iemand 15.000 euro nalaat om voor je huisdier te zorgen, dan wordt die persoon voor 15.000 euro aangeslagen. De fiscus heeft er geen begrip voor dat dit geld enkel voor de verzorging van het dier is bedoeld.’
Wel of geen vrijstelling?
Als het dier zelf een bepaalde financiële waarde vertegenwoordigt, bijvoorbeeld een duur renpaard, moet daar ook erfbelasting over worden betaald. ‘Het belastingtarief is afhankelijk van wie je als erfgenaam benoemt. Hoe meer verwantschap, hoe minder belasting de ontvanger betaalt. Boven de vrijstellingsgrens en tot een bedrag van 130.425 euro betalen (pleeg)kinderen 10 procent erfbelasting, daarboven 20 procent. Overige erfgenamen, zoals een broer of zus, betalen 30 en 40 procent over nalatenschappen boven de vrijstelling.’
Erfbelasting
Volgens Van IJsseldijk zijn er een manieren om te voorkomen dat er door de ontvanger erfbelasting betaald moet worden. ‘Als je een legaat vrij van recht en kosten opneemt in het testament, betaalt de ontvanger van het legaat (de legataris) geen erfbelasting. De erfbelasting wordt dan betaald uit de nalatenschap. Ook kun je ervoor kiezen het dier en een geldbedrag na te laten aan een organisatie die zich inzet voor dieren en de status heeft van ANBI, een Algemeen Nut Beogende Instelling. Een ANBI is als goed doel vrijgesteld van het betalen van erfbelasting. Een deel van het geld zal gebruikt worden om de werkzaamheden van de stichting te bekostigen, de rest komt ten goede aan het dier/de dieren.’
Huisdier opnemen in levenstestament
En hoe zit het met het levenstestament? Kun je je huisdier ook daarin opnemen? ‘Ja, dat kan. In een levenstestament leg je vast wat er moet gebeuren met je vermogen als je wilsonbekwaam wordt. Daarbij geef je iemand die je vertrouwt de volmacht beslissingen te nemen over je financiële en medische zaken. Als je een huisdier hebt, kun je een gedeelte van je vermogen afzonderen ten behoeve van het dier. De gevolmachtigde kan dan vrijelijk over het geld beschikken om de kosten voor het dier te betalen. Omdat het geld op je eigen rekening staat en dus van jou blijft, hoef je geen heffingen te betalen.’